© SSBW / PS 2017/2022 Stichting Stedenband Beverwijk - Wronki webmaster@beverwijk-wronki.nl
Stichting Stedenband Beverwijk - Wronki

Wronki bos

Een stukje Wronki in Beverwijk

Wronkibos aan Hoflanderweg in Beverwijk (1996)

Het Wronkibos, gelegen tussen de Hoflanderweg en Beneluxlaan aan de randen van de wijk Zwaansmeer, is eigenlijk geen bos. Het is een flink perceel, met honderden bomen en struiken, afkomstig uit het Poolse Wronki. De bevolking van Beverwijk en Wronki hebben sinds 1980 een vriendschapsband. Een band die nog altijd warm wordt gehouden door de Stichting Stedenband-Beverwijk. Voorzitter Wim Spruit nam het initiatief voor het bos. In het jubileumboek ‘Gisteren was ooit vandaag’ van het Historisch Genootschap Midden-Kennemerland en Museum Kennemerland: ‘Wronkibos aardt in historische grond, gewijd Zwitsers marmer draagt de naam’ schrijft Wim de onderstaande tekst. Een van de mooiste wandelplekken in Beverwijk naast park Westerhout en Duinrust, is het Stadspark Overbos. Aan de andere zijde van de Hoflanderweg ligt het Wronkibos, genoemd naar de Poolse partnerstad van Beverwijk. Het gaat hier om historische grond, met 651 bomen, die aarden in moerassig land. Het waren met name hoogwaardigheidsbekleders die op zaterdag 20 april 1996 het bos openden, stuk voor stuk zijn hun namen gegraveerd op een koperen plaat, die is bevestigd op een steen. Deze steen was tot voor enkele jaren een deel van het altaar van de toenmalige Regina Caelikerk aan het Hilbersplein in Beverwijk. Locatie, bomen en steen. Bijzondere kenmerken van een van de vele bijzondere plekjes in onze gemeente. Het Wronkibos is op genoemde dag geopend door de ambassadeur van Polen in Nederland, dr. Stanislaw Komorowski. Hij werd daarbij geassisteerd door de burgemeester van Wronki, Kazimierz Michalak en de burgemeester van Beverwijk, Magda Berndsen-Jansen. Muzikale ondersteuning was er van de Beverwijkse Harmonie Kapel en het Orkest van Wronki. Het Poolse plantmateriaal bestaat uit 274 stuks Salix Cinerea, 274 stuks Salix Viminalis en 103 stuks Alnus Glutinosa. Op de plaats waar thans de Poolse bomen staan, fier en onbedreigd, liepen ooit schapen en koeien. Het land maakte toen deel uit van een groot gebied, met thans naast het bos, het Stadspark Overbos, Sporthal Beverwijk, hockey- en voetbalvelden. Boerenland, tuindergrond, herenerf, want woonde ook niet staatsman Gijsbert Karel van Hogendorp (1762-1834) met zijn gezin in kasteel Adrichem? Dit kasteel, destijds op zo’n 500 meter verwijderd van kasteel Oosterwijk (ook bekend als Foreest) zat eveneens in de familie. Later weken bouwsels en bossen voor tuindersgrond, eigendom van familie De Wildt. Weliswaar zijn kasteel en huis dus ter ziele, met de grond gelijk gemaakt, maar nog niet vergeten. De koeien en schapen zijn geofferd, asperges en aardbeien vindt je daar niet meer. Ook groen en water maakten plaats voor hout en steen, beton en cement. Park en bos zijn overgebleven als een groene long voor menig Beverwijker. De Poolse bomen van nu, zijn min of meer ‘groot gegroeid’ in een klasje in het eeuwenoude oerwoud Notecki in Polen, in het Pools het Puszcza Notecka. Van de 302 km2 die de gemeente Wronki beslaat (het stadje zelf neemt er slechts 4,5 km2 van in beslag), is 63 procent bos en woud. Met herten, vossen, ooievaars, bevers, kraanvogels en die zeldzame ene fietser. Al worden dat er wel steeds meer. Het stukje Polen in de Wijk is geworden wat er is beloofd: de bomen gedijen, worden gekort en gewiekt, zien er eens in het jaar uit alsof een slechte kapper ze slecht heeft geknipt, maar stuk voor stuk komen ze altijd weer fier en stoer terug. De gedenksteen, bij de ingang van het bos, soms helder zichtbaar, dan weer omsloten door het groen, is een van de weinige overgebleven restanten van de Regina Caelikerk,, die een nieuwe functie kregen. Het is zwaar Zwitsers marmer. Een deeltje van het hoofdaltaar (3.600 kg), ter hand genomen door vaklieden en alleen al daarom kan dit brok marmer zon, regen, kou en wind doorstaan. Een oude steen – gewijd, bekeken en betast, vol herinneringen, liggend tussen frisse, jonge goedogende bomen – waarop staat wanneer en door wie het Wronkibos is geopend. Het bos is een plek om in stilte te bezoeken, al dan niet met hond, om vanuit de lijnbus een blik te gunnen, om rustig langs te fietsen. De plek staat symbool voor vriendschap tussen volkeren, bos en stadspark ogen vriendelijk, altijd.

De opening van het Wronkibos, op 20 april 1996, met in het midden links ambassadeur Stanislaw Komorowski en rechts burgemeester Magda Berndsen-Jansen. Foto: Pawel Bugaj
De gedenksteen bij de ingang van het Wronkibos.
De heer Co Bakker schrijft in weekblad “de Beverwijker” een column Ansicht op Beverwijk. In deze serie schrijft hij een drie delige serie over het Wronkibos.
In het midden van deze foto spreekt (toen nog) secretaris Wim Spruit met ambassadeur Jerzy Komorowski. Naast de ambassadeur burgemeester Magda Berndsen-Jansen van Beverwijk, burgemeester Kazimierz Michalak van Wronki en stedenbandvoorzitter Wim Schipper. Links van Wim Spruit staan Bogdan Tomczak (voorzitter Comité Wronki-Beverwijk) en Piet Rinkel (gemeente Beverwijk). Foto Pawel Bugaj.
© SSBW / PS 2017/2022 Stichting Stedenband Beverwijk - Wronki webmaster@beverwijk-wronki.nl
Stichting Stedenband Beverwijk Wronki

Wronki bos

Een stukje Wronki in Beverwijk
De opening van het Wronkibos, op 20 april 1996, met in het midden links ambassadeur Stanislaw Komorowski en rechts burgemeester Magda Berndsen-Jansen. Foto: Pawel Bugaj
De gedenksteen bij de ingang van het Wronkibos.

Wronkibos aan Hoflanderweg in Beverwijk (1996)

Het Wronkibos, gelegen tussen de Hoflanderweg en

Beneluxlaan aan de randen

van de wijk Zwaansmeer, is eigenlijk geen bos.

Het is een flink perceel, met

honderden bomen en struiken, afkomstig uit het

Poolse Wronki. De bevolking van

Beverwijk en Wronki hebben sinds 1980 een

vriendschapsband. Een band die nog altijd warm wordt

gehouden door de Stichting Stedenband-Beverwijk.

Voorzitter Wim Spruit nam het initiatief voor het bos.

In het jubileumboek ‘Gisteren was ooit vandaag’

van het Historisch Genootschap

Midden-Kennemerland en Museum Kennemerland:

‘Wronkibos aardt in historische grond,

gewijd Zwitsers marmer draagt de naam’

schrijft Wim de onderstaande tekst.

Een van de mooiste wandelplekken in Beverwijk

naast park Westerhout en Duinrust, is het

Stadspark Overbos.

Aan de andere zijde van de Hoflanderweg ligt het

Wronkibos, genoemd naar de Poolse partnerstad van

Beverwijk. Het gaat hier om historische grond,

met 651 bomen, die aarden in moerassig land.

Het waren met name hoogwaardigheidsbekleders die

op zaterdag 20 april 1996 het bos openden,

stuk voor stuk zijn hun namen gegraveerd op een

koperen plaat, die is bevestigd op een steen.

Deze steen was tot voor enkele jaren een deel van het

altaar van de toenmalige Regina Caelikerk aan het

Hilbersplein in Beverwijk. Locatie, bomen en steen.

Bijzondere kenmerken van een van de vele bijzondere

plekjes in onze gemeente. Het Wronkibos is op

genoemde dag geopend door de

ambassadeur van Polen in Nederland,

dr. Stanislaw Komorowski. Hij werd daarbij geassisteerd

door de burgemeester van Wronki, Kazimierz Michalak

en de burgemeester van Beverwijk,

Magda Berndsen-Jansen. Muzikale ondersteuning

was er van de Beverwijkse Harmonie Kapel en het

Orkest van Wronki. Het Poolse plantmateriaal bestaat

uit 274 stuks Salix Cinerea, 274 stuks Salix Viminalis

en 103 stuks Alnus Glutinosa.

Op de plaats waar thans de Poolse bomen staan,

fier en onbedreigd, liepen ooit schapen en koeien.

Het land maakte toen deel uit van een groot gebied,

met thans naast het bos, het Stadspark Overbos, S

porthal Beverwijk, hockey- en voetbalvelden.

Boerenland, tuindergrond, herenerf,

want woonde ook niet staatsman Gijsbert Karel

van Hogendorp (1762-1834) met zijn gezin in

kasteel Adrichem? Dit kasteel, destijds

op zo’n 500 meter verwijderd van

kasteel Oosterwijk (ook bekend als Foreest) zat

eveneens in de familie.

Later weken bouwsels en bossen voor tuindersgrond,

eigendom van familie De Wildt.

Weliswaar zijn kasteel en huis dus ter ziele, met de

grond gelijk gemaakt, maar nog niet vergeten.

De koeien en schapen zijn geofferd, asperges en

aardbeien vindt je daar niet meer. Ook groen en water

maakten plaats voor hout en steen, beton en cement.

Park en bos zijn overgebleven als een groene long

voor menig Beverwijker.

De Poolse bomen van nu, zijn min of

meer ‘groot gegroeid’ in een klasje in het eeuwenoude

oerwoud Notecki in Polen, in het Pools het

Puszcza Notecka. Van de 302 km2 die de gemeente

Wronki beslaat (het stadje zelf neemt er slechts 4,5 km2

van in beslag), is 63 procent bos en woud.

Met herten, vossen, ooievaars, bevers,

kraanvogels en die zeldzame ene fietser.

Al worden dat er wel steeds meer.

Het stukje Polen in de Wijk is geworden wat er

is beloofd: de bomen gedijen, worden gekort en

gewiekt, zien er eens in het jaar uit alsof een slechte

kapper ze slecht heeft geknipt, maar stuk voor stuk

komen ze altijd weer fier en stoer terug.

De gedenksteen, bij de ingang van het bos, soms helder

zichtbaar, dan weer omsloten door het groen,

is een van de weinige overgebleven restanten van de

Regina Caelikerk,, die een nieuwe functie kregen.

Het is zwaar Zwitsers marmer. Een deeltje van het

hoofdaltaar (3.600 kg), ter hand genomen door

vaklieden en alleen al daarom kan dit brok marmer

zon, regen, kou en wind doorstaan. Een oude

steen – gewijd, bekeken en betast, vol herinneringen,

liggend tussen frisse, jonge goedogende bomen – waarop

staat wanneer en door wie het Wronkibos is geopend.

Het bos is een plek om in stilte te bezoeken,

al dan niet met hond, om vanuit de lijnbus een blik

te gunnen, om rustig langs te fietsen. De plek staat

symbool voor vriendschap tussen volkeren,

bos en stadspark ogen vriendelijk, altijd.

In het midden van deze foto spreekt (toen nog) secretaris Wim Spruit met ambassadeur Jerzy Komorowski. Naast de ambassadeur burgemeester Magda Berndsen-Jansen van Beverwijk, burgemeester Kazimierz Michalak van Wronki en stedenbandvoorzitter Wim Schipper. Links van Wim Spruit staan Bogdan Tomczak (voorzitter Comité Wronki-Beverwijk) en Piet Rinkel (gemeente Beverwijk). Foto Pawel Bugaj.